Recept: winterse risotto met veel groenten

Ik weet niet wat dat is met de winter maar om de één of andere reden snak ik dan naar koolhydraten en zwaar eten zoals kaas. Of risotto met kaas. Om die drang te rechtvaardigen is het toch ideaal om dit te combineren met een degelijke portie groenten, juist? Vandaar dit winterse recept van risotto met veel groenten. Njommie!

Ingrediënten voor 4 porties risotto

• 250 g risottorijst
• 2 preistronken
• een kleine knolselder (ongeveer 500 g)
• 500 g champignons
• 1 ajuin, 4 teentjes look
• een blok Parmezaanse kaas van ongeveer 300 g
• kruiden: tijm, peper, zout

Bereiding (1 uur)

• Verwarm de oven voor op 200°.
• Schil de knolselder en snijd in blokjes van ongeveer 1 cm groot.
• Doe deze blokjes in een ovenschaal en meng met een scheutje olijfolie. Kruid af met peper, zout en een snuifje tijm.
• Zet 40 minuten in de oven maar roer halverwege alles eens om.

• Neem een ruime (anti-aanbak)pot en verwarm op een hoog vuur.
• Snipper de ui fijn en doe die met een beetje olijfolie in de pot, op een middelmatig vuur nu.
• Pers de look hierbij en laat glazig bakken.

• Maak de champignons schoon met een borsteltje en snijd in stukjes.
• Bak deze in een aparte pan op een hoog vuur met een klontje boter tot ze goudbruin zijn.
• Giet de risotto (droog dus) bij de ajuin en de look, eventueel met een beetje extra olijfolie, en laat glazig bakken.
• Breng een liter water aan de kook in je waterkoker.
• Maak intussen de prei schoon en snijd in halve ringen.

• Giet een flinke scheut water bij de risotto en zet het vuur lager (net onder de helft). Laat rustig pruttelen en als je ziet dat de rijst al het water heeft opgenomen, giet je er nog een scheutje bij. Doe er dan ook de prei bij. Kruid af met peper en tijm.
• Blijf beetje bij beetje water toevoegen tot de rijst lekker gaar is.
• Rasp de Parmezaanse kaas en doe die handje per handje al omscheppend bij de risotto. Er vormt zich dan een smeuïg, heerlijk geurend geheel…

• Voeg de geroosterde knolselderblokjes en gebakken champignons toe. Roer om. Kruid nog wat extra af, naar smaak, met peper. (Zout zou ik niet doen, gezien de kaas al erg zout is.)

Voilà se. En het pluspunt? Een overschotje kan je zo weer opwarmen voor je lunch de dag nadien! Dubbel genieten…

Wat is jouw favoriete risottogerecht?